De weg naar EUtopia

Het is 2026 en in Vlaanderen is er een vreemde coalitie ontstaan tussen Vlaams Belang en Rood. Rood is de opvolger van de toenmalige SP.A.

Nadat de kiesdrempel in zicht kwam, heeft de partij zich ideologisch vernieuwd. Een flinksere opstelling ten opzichte van migratie had de partij uit het niets geherlanceerd en vlotjes de verkiezingen laten winnen.

Ook Vlaams Belang bleef scoren waardoor deze twee partijen nu een absolute meerderheid hebben in Vlaanderen.

Het is opmerkelijk hoe deze twee partijen op enkele jaren compleet naar mekaar toe zijn gegroeid. Het is begonnen in 2019 toen het Vlaams Belang een groot deel van het sociaal programma van de socialisten overnam.

Toen later de socialisten op hun beurt gewonnen waren voor een strenger migratiebeleid, liepen de standpunten steeds meer in mekaar over.

De eerste beslissing van deze nieuwe Vlaamse regering is om de pensioenen op te trekken naar 3.000 euro netto per maand. Beide partijen hadden deze voorstellen al een tijdje in hun programma staan, het leek dus een logische evolutie.

Eddie, een gepensioneerde zelfstandige uit de bouwsector, ziet het met lede ogen aan.

Uiteraard is hij blij met de pensioenverhoging, maar het is in feite niet meer dan een druppel op een hete plaat.

De euro, wat stelt dat trouwens nog voor? Nadat het Verenigd Koninkrijk in 2021 eindelijk Brexit realiseerde, was de eerste domino gevallen.

Niet veel later hielden ook Italië, Hongarije, Polen en Oostenrijk het voor bekeken. Deze landen waren de bemoeienissen van de EU spuugzat en beslisten collectief om de euro te verlaten. Deze beslissing was ingeslagen als een bom en de euro kreeg een klap van jewelste. Het zou niet de laatste zijn…

De ECB reageerde meteen door de markt te overspoelen met liquiditeiten. Voorzitster Lagarde stelde de markt even gerust met haar voornemen om onbeperkte middelen beschikbaar te houden.

De banksector kreeg een eerste schrijf van 10.000 miljard euro aan noodkredieten en op éénvoudig verzoek zou de sector opnieuw 10.000 miljard euro kunnen opnemen “als de noodzaak daarvoor aanwezig zou zijn”.

De inflatie liep snel op tot 10% per jaar en het vertrouwen in de euro bij de burgers ging naar een nieuw dieptepunt.

Na enkele jaren met torenhoge inflatie was de koopkracht van de inwoners compleet uitgehold. De armoede nam toe en 30% van de Europeanen deed een beroep op de voedselbanken.

Toen vorig jaar ook nog Duitsland, Finland en Nederland uit de EU stapten, kreeg de euro een finale klap.

De valuta ging 43% lager op enkele weken tijd en Lagarde was er opnieuw als de kippen bij en probeerde de rust te herstellen met de mededeling dat de ECB er alles aan zou doen om de koopkracht van de euro te vrijwaren.

In de grotere Europese steden zijn er nu dagelijks protesten.

Om hetgeen er rest van de EU toch bij mekaar te houden, moest de EU uitpakken met een gedurfd project. De burgers moesten terug perspectieven krijgen en dé manier om dat te bereiken, was via een basisinkomen voor iedere EU-burger.

Op deze manier kon niet alleen de armoede worden aangepakt, maar het had ook de leuke bijkomstigheid dat landen wel twee keer zouden nadenken vooraleer ze uit de EU zouden stappen. Een uitstap uit de EU zou namelijk betekenen dat burgers niet langer konden genieten van een basisloon.

Iedereen was onder de indruk van deze aanpak waarvan de Belgische politica Gwendolyn Rutten de grote architect was.

De media leek er zelfs van overtuigd dat zo’n basisinkomen de EU in no-time zou bombarderen tot een échte welvaartsstaat.

Wanneer iedereen een basisinkomen geniet, zou er geen armoede meer zijn, de stress zou verdwijnen en burgers hadden de middelen én de tijd om te werken aan hun gezondheid.

Dankzij het basisinkomen, was werken optioneel geworden. Iedere burger had nu de middelen om te doen wat hij graag deed.

De staatsmedia in diverse EU-landen spraken over de geboorte van “EUtopia”.

Dankzij het geniale plan van Gwendolyn Rutten zou de EU hét voorbeeld worden voor de rest van de wereld en de verwachting was dat landen zoals Duitsland en Nederland weer snel aansluiting zouden zoeken tot het Europese project.

Europa kon weer dromen …

Het enthousiasme was helaas van korte duur en de grote droom bleek al snel een akelige nachtmerrie.

Meteen na de invoering van het basisinkomen, ging het BNP met 20% achteruit.

TWINTIG PROCENT!

Het was ongezien. Nooit eerder in de geschiedenis was het BNP zo snel in mekaar gedonderd.

Tienduizenden bedrijven gingen over de kop … de werkloosheid explodeerde en de prijzen van allerhande goederen stegen razendsnel.

De EU geraakte terecht in een vicieuze cirkel. Door de dalende productiviteit, moesten de overblijvende werknemers steeds harder werker voor een kleiner winkelmandje.

Steeds meer werknemers vonden werken niet meer de moeite waard en gingen teren op hun basisinkomen.

De ECB zag het allemaal gebeuren en verhoogde nu bijna maandelijks het basisinkomen “om gelijke tred te houden met de inflatie”.

Het bleek echter vechten tegen de bierkaai. De prijzen bleven gewoon sneller stijgen dan de inkomens waardoor de bevolking steeds armer werd.

De toestand is ronduit dramatisch te noemen.

Eén derde van de inwoners slaan dagelijks een maaltijd over, vaak ten voordele van de kinderen. Tien procent verliet de EU definitief. Vaak ging het om de meest getalenteerde mensen.

De gemiddelde volwassene verloor meer dan 7 kilo lichaamsgewicht.

Er is amper voedsel beschikbaar. De rekken in de supermarkt zijn meestal leeg en je mag van geluk spreken als je -na uren aanschuiven- iets eetbaar meekrijgt bij de voedselbanken.

Van de middenklasse schiet werkelijk niets meer over.

De meeste burgers hadden hun geld na de crisis van 2008 “veilig” bij de bank geparkeerd of investeerden in stabiele overheidsobligaties. Op een gegeven moment kochten ze zelfs obligaties met een negatieve rente om toch maar geen risico’s te moeten nemen met de spaarcenten.

De torenhoge inflatie heeft al dat geld compleet waardeloos gemaakt.

Een aantal beleggers hadden wat beter en langer nagedacht over hun investeringen en kozen voor vastgoed.

“Vastgoed behoudt altijd zijn waarde en de huren stijgen jaar na jaar”. Dat was de redenering die je beleggers indertijd hoorde maken.

Na een zoveelste inflatiegolf bleken echter steeds minder mensen in staat om de huur te betalen waarna de regering de huurprijzen plafonneerde.

Deze beslissing haalde de vastgoedmarkt compleet onderuit. Zonder adequaat rendement was niemand nog bereid om te investeren in vastgoed waardoor de prijzen in mekaar klapten.

We zagen ook een enorme verkrotting omdat de huurinkomsten niet meer voldoende waren om zelfs maar het onderhoud van de woningen te dekken.

Vastgoed bleek een bijna even dramatische belegging dan cash.

Beleggers in aandelen waren al niet veel beter af. Bedrijven kampten met een dalende productiviteit, hogere inputkosten en een dalende afzetmarkt.

In deze omstandigheden waren nog slechts één vierde van de bedrijven winstgevend.

Beursgenoteerde aandelen verloren 80% van hun waarde en wie het geluk had met een investering in een dividendbetaler, verloor tweederde van zijn coupon aan de verhoogde roerende voorheffing. De overheid ging het geld halen waar het zat en dat was bij de belegger in aandelen.

Enkel wie een beetje goud of zilver had, beschikte nog over de middelen om zijn familie te voorzien van een normaal levensonderhoud.

Goud en vooral zilver waren zeer waardevol geworden en de koopkracht van deze edelmetalen was enorm toegenomen ééns de inflatie de pan uitvloog.

Zelfs wie maar 10% van het vermogen aanhield in edelmetaal, was vandaag rijk.

Waar vroeger de 1% vooral bestond uit rijke ondernemers, wordt dit exclusief clubje nu vooral bevolkt door vooruitziende beleggers die tijdig fysiek edelmetaal hadden gekocht.

Het gaat echter om een bijzonder kleine minderheid. Voor heel België ging het om hooguit enkele duizenden mensen.

Wie in het verleden spaargeld had, had op een bepaald moment wel overwogen om een deel van dat vermogen te converteren naar edelmetaal.

De meeste beleggers vonden het allemaal teveel gedoe om edelmetaal te kopen en veilig te laten opslaan.

Zij kozen uit gemak voor ETF’s en goudrekeningen bij de bank. Al dat papier bleek later niet meer dan dat te zijn. Banken hebben op een gegeven moment het fysiek goud naar zich toegetrokken en deze beleggers de tegenwaarde van hun goudbezit uitbetaald in cash geld.

Hoe koop je fysiek edelmetaal?
Ik prefereer zilver in opslag, dus ik kies voor deze zilverbaren die vrij van btw aangeschaft kunnen worden:

Koop hier zilver in opslag (mijn voorkeur)

Wie zelf zijn zilver wil opslaan, kiest dan weer best voor deze zilveren munten:

Koop hier je zilveren munten