Volgens gegevens van het IMF zijn de wereldwijde officiële goudreserves in december met 14,2 ton toegenomen. Voornamelijk aankopen van de Turkse en Oezbeekse centrale bank hebben de bruto-aankopen in de loop van de maand doen toenemen.
Voor geheel 2021 was het tiende maand aan netto-aankopen door centrale banken. De bruto-aankopen werden gedomineerd door drie centrale banken.
Turkije kocht in december 10,1 ton, waardoor de goudreserves op 394,2 ton uitkwamen. Oezbekistan voegde in de loop van de maand 8,4 ton toe, na een verkoop van 21,5 ton in november. Dergelijke aan- en verkopen zijn gebruikelijk voor Oezbekistan omdat het de goudreserves actief beheert.
India kocht in december nog eens 3,7 ton, waardoor de totale goudreserves aan het eind van het jaar 754,1 ton bedroegen. De goudreserves van India stegen in 2021 met liefst 77,5 ton, de grootste stijging sinds 2009 toen het 200 ton goud kocht van het IMF.
Ook Kirgizië met 1,1 ton, Tsjechië met 0,4 ton en Oekraïne met 0,3 ton bleken in de loop van de maand belangrijk kopers van het edelmetaal.
De bruto-verkopen in december waren geconcentreerd bij een kleine groep centrale banken: Kazachstan verkocht 4.8 ton, Sri Lanka 3.6 ton en Polen 1.6 ton goud.
De verkoop door Sri Lanka vertegenwoordigde ongeveer de helft van haar goudreserves en werd gedaan om de liquiditeit van de buitenlandse reserves, die in november een laagste punt in 12 jaar bereikte, te versterken.
De Sri Lankese overheid liet echter weten dat het in de toekomst hoogstwaarschijnlijk weer goud aan zal kopen wanneer de buitenlandse reserves zijn toegenomen.
De netto-aankopen in 2021 toont aan dat goud nog steeds een belangrijke rol speel in het beheren van de reserves van centrale banken en de vraag stabiel blijft.
Los van het feit dat centrale banken nog steeds netto kopers zijn van goud is ook het gegeven dat centrale banken wereldwijd meer dan 35.000 ton goud op de balans hebben staan een bewijs dat zij het als ultieme backstop zien van het wereldwijde financiële systeem.