In juni is de goud-zilverratio gestegen tot 73. Dat is een sterk koopsignaal voor zilver, het witte edelmetaal. Het geeft aan dat de huidige prijzen voor langetermijnbeleggers een uitstekend instapmoment zijn.
De goud-zilverratio is een graadmeter om de relatieve waarde van beide metalen aan te duiden.
De ratio geeft aan hoeveel ounces er nodig zijn om één ounce goud te kopen.
Beleggers hebben in het verleden vaak gekeken naar deze ratio om aantrekkelijke instapmomenten voor edelmetaalaankopen te timen. Een hoge ratio wordt doorgaans gezien als een signaal dat zilver ondergewaardeerd is ten opzichte van goud. Dat is een signaal dat we momenteel zien in de markten.
De geschiedenis van de goud-zilverratio gaat terug tot de Romeinse tijd. Toentertijd was de ratio vastgelegd op 12 of 12,5. In de 18e en 19e eeuw legden overheden over de hele wereld de ratio vast om op die manier de monetaire stabiliteit te verzekeren. Goud- en zilvermunten werden immers vaak gebruikt in de handel, commercie en dagelijkse aankopen. Zo legde de Coinage Act van 1792 in de VS de goud-zilverratio vast op 15:1.
Sinds 1971, toen er een einde kwam aan de goudstandaard, is de goud- en zilverprijs vrij kunnen bewegen binnen een ruime bandbreedte. In 1980 bereikte de ratio een dieptepunt toen zowel goud en zilver fors stegen. Cijfers boven de 65 wijzen erop dat zilver een relatief koopje is. Een ratio onder de 50 geeft aan dat goud een relatief koopje is. Zowel goud als zilver zit in een uptrend en de
vooruitzichten voor beide edelmetalen zijn positief.
Voor langetermijnbeleggers die op zoek zijn naar een manier om hun blootstelling aan reële activa te verhogen, zijn de huidige niveaus een aantrekkelijk instappunt.
Zeker zilver biedt op langere termijn de beste kansen. Het edelmetaal is enorm goedkoop.
[xyz-ihs snippet=”monsterbox”]